Peruaanse families eisen herstelbetalingen voor de dood van demonstranten

“Als mij iets overkomt, huil dan niet”, zei Leonardo Hancco op de ochtend van 15 december in de zuidelijke stad Ayacucho in Peru tegen zijn vrouw, Ruth Barcena.
De 32-jarige taxichauffeur en vader van een zevenjarig meisje had op het laatste moment besloten mee te doen aan de landelijke politieke protesten in Peru.
“Als ik heb besloten om mee te doen, omdat ik mijn kinderen een betere toekomst wil geven, dan vecht ik voor mijn rechten”, voegde hij eraan toe voordat hij vertrok, aldus Barcena.
Demonstraties die voor het eerst uitbraken na de afzetting van voormalig president Pedro Castillo in december, zijn sindsdien voortgezet – grotendeels in Midden- en Zuid-Peru, waar Ayacucho is gevestigd – aangewakkerd door beschuldigingen van corruptie in de regering en van gekozen functionarissen, evenals woede over de levensomstandigheden en ongelijkheid in het land. Demonstranten eisen het aftreden van president Dina Boluarte, de ontbinding van het congres, snelle algemene verkiezingen en een nieuwe grondwet.
De oude stad Ayacucho, bekend om zijn pre-Inca-geschiedenis en koloniale kerken, heeft tijdens de demonstraties dramatische uitbarstingen van geweld gezien. Alleen al in deze regio zijn volgens de ombudsman van het land minstens 10 mensen omgekomen en meer dan 40 gewond.
Hancco was een van hen. Uren nadat hij zich bij de mars had aangesloten, werd hij in de buik geschoten nabij het vliegveld van Ayacucho, waar demonstranten zich hadden verzameld en sommigen probeerden de controle over de landingsbaan over te nemen.
Hij stierf twee dagen later aan zijn verwondingen, vertelde Barcena aan CNN.
Ayacucho is een van de regio’s die nu probeert de Peruaanse autoriteiten verantwoordelijk te stellen voor vermeende brutaliteit tegen demonstranten. Het Landelijk Parket heeft al een vooronderzoek geopend tegen de huidige president Boluarte, drie van haar ministers en politie- en militaire commandanten.
Volgens het bureau van de nationale ombudsman en het ministerie van Binnenlandse Zaken zijn er in het hele land sinds het begin van de onrust minstens 55 mensen om het leven gekomen en meer dan 500 politie agenten gewond geraakt bij botsingen.
De politie zegt dat hun tactiek overeenkomt met internationale normen. Maar een onderzoeksmissie naar Peru door de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Rechten van de Mens (IACHR) meldde dat tijdens protesten schotwonden werden gevonden in de hoofden en bovenlichamen van slachtoffers, plaatsen die door wetshandhavers moeten worden vermeden om mensenlevens te redden.
Volgens richtlijnen van het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties is “het gebruik van vuurwapens om een bijeenkomst uiteen te drijven altijd onwettig”.