“Ik heb het gevoel dat mijn pausschap kort zal zijn. Vier of vijf jaar of zelfs maar twee of drie.” Dat zei paus Franciscus in een interview in 2015.
De Argentijnse kardinaal Jorge Mario Bergoglio was 76 jaar oud, toen hij op 13 maart 2013 tot paus werd gekozen. Op het stampvolle Sint-Pietersplein wist bijna niemand wie hij was. Hij was een outsider. Een hervormingsgezinde kardinaal die bij het conclaaf van 2005 de belangrijkste tegenkandidaat was van Joseph Ratzinger, maar die al snel de handdoek in de ring gooide toen hij besefte dat hij niet het benodigde aantal stemmen zou halen. Acht jaar later lukte dat na het aftreden van Ratzinger, die als paus de naam Benedictus XVI had, wel.
De Rooms-katholieke Kerk verkeerde in een crisis. Schandalen rond seksueel misbruik waren aan de orde van de dag. Bestuurlijk en financieel was het een chaos. De nieuwe paus stond voor een enorme taak: het hervormen van de Romeinse Curie, het bestuursapparaat in Rome, het doorlichten van de Vaticaanse Bank en het herstellen van het door misbruik zwaar beschadigde imago van de kerk.
Hij begon voortvarend aan zijn opdracht, maar deed tot verrassing van velen nog veel meer. Hij koos een naam die symbool staat voor eenvoud en armoede. “Ik wil een arme kerk voor de armen,” zo zei hij. Franciscus van Assisi was een jongeman die in de 13e eeuw afstand deed van al zijn wereldse rijkdom om zich te wijden aan evangeliseren en de zorg voor de armen.
Paus Franciscus richtte zijn kerk in als een veldhospitaal. Hij zette de deuren open en wilde dat zijn priesters erop uitgingen om mensen in nood te helpen. Er moest een mentaliteitsverandering komen. Van Benedictus’ kleine, zuivere kerk voor mensen die trouw de leer volgen naar een open gemeenschap die luistert en iedereen ontvangt.Maar tien jaar later blijken die verwachtingen onterecht en zelfs onrealistisch. Leer en traditie zijn niet zomaar omver te werpen. Er zijn kleine stapjes gezet. Voor de wet hertrouwde gescheiden katholieke echtparen mogen, met begeleiding, weer ter communie. Dankzij de benoemingen van Franciscus is nu een kwart van het personeel van de Curie vrouw. Op termijn zal een afdeling van de Curie geleid worden door een vrouw.
De paus wil dat de kerk in beweging komt dat geestelijken en gelovigen samen op weg gaan en dat er uiteindelijk vernieuwing komt, die door zijn opvolger in goede banen geleid moet worden.