Desi Bouterse bidt de Almachtige om de president en de leden van het Hof van Justitie te zegenen met de juiste wijsheid en moed om een oordeel te vellen in de 8 december strafzaak, dat het voormalige moederland niet welgevallig zal zijn. De dupliek van zijn raadsman, Irvin Kanhai, ging ook een groot deel over de hand die Nederland zou hebben in de invasie die zou worden voorbereid. Hij bleef erbij dat de 15 vermoorde mannen bezig waren met voorbereidingen van een tegencoup. Hij citeerde veelvuldig naar de verklaringen afgelegd door de Nederlander Peter van Haperen die aangetrokken zou zijn met het oog op de coup die rond kerst 1982 zou worden uitgevoerd.
Kanhai hield zijn dupliek in de zaak tegen Bouterse, Iwan Dijksteel, Ernst Gefferie, Benny Brondenstein en Stephanus Dendoe. Hij benadrukte dat er geen sprake is geweest van vermoorden van de mensen die waren opgepakt en naar Fort Zeelandia zijn gebracht. Hij benadrukte dat het niet gaat om voorbedachten rade. Hij vroeg de raadkamer om zijn cliënten vrij te spreken.
Op de volgende zitting wordt de uitspraak gedaan. Een exacte datum is niet aangegeven.Bouterse zei dat wat zei in zijn laatste word dat hij zijn hoofd zal buigen voor het vonnis, wat het ook zal zijn.Aan journalisten zei hij na de zitting dat hij zich tot de koning van Suriname zal wenden als hij veroordeeld wordt.
Bouterse zei dat hij een lans heeft gebroken voor de mensen in het binnenland, door de rechter te vragen waar de nabestaanden zijn van de 500 mensen die in het binnenland zijn omgekomen. Alles wat hij de rechter heeft voorgehouden komt volgens Bouterse uit lectuur. Hij heeft die boeken niet geschreven haalde hij aan.
Bouterse vraagt zich af waarom Nederland haar dossiers voor 60 jaren gesloten houdt.
