Europa moet meer gaan samenwerken om kernenergie de komende jaren een nieuwe impuls te geven. Dat zeggen verschillende regeringsleiders donderdag op een internationale top in Brussel. Klimaatdoelen en energieonafhankelijkheid zijn de grootste drijfveren. “Onze kijk op kernenergie is veranderd.”
De locatie van de eerste grote top over kernenergie had niet toepasselijker kunnen zijn. In een conferentiecentrum pal naast het Atomium – een gigantisch monument in vorm van een atoom – komen vandaag zo’n dertig regeringsleiders en een hele rits vertegenwoordigers van de nucleaire sector bij elkaar om te praten over kernenergie. En dan vooral over hoe die vorm van energie de komende jaren nieuw leven kan worden ingeblazen.
Eén voor één betreden regeringsleiders van zowel binnen als buiten de EU het podium. Van koploper Frankrijk tot Servië, dat naar eigen zeggen “nog geen enkele nucleaire kennis” bezit, maar wél ambitie heeft. Allemaal benadrukken ze het belang van kernenergie in de periode dat de wereld fossiele energiebronnen zal moeten loslaten.
Uitstootvrije kerncentrales kunnen richting 2050 een belangrijke plek in de Europese energiemix innemen, wordt hier gezegd. Dat is het jaar waarin de EU klimaatneutraal moet zijn. Een groep van twintig landen pleitte er vorig jaar op de klimaattop in Dubai voor om kernenergie te verdrievoudigen. Ook Nederland schaarde zich achter die verklaring. In het slotakkoord van de klimaattop is kernenergie opgenomen als duurzame energiebron.
“Zonder kernenergie hebben we geen kans om de klimaatdoelen op tijd te halen”, zegt Fatih Birol, topman van het Internationaal Energieagentschap (IEA). Voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen zegt met het oog op het Parijsakkoord het aandeel van kernenergie in Europa te willen verdubbelen.