Het nieuwe Europees Parlement heeft woensdag op zijn tweede zittingsdag zijn onvoorwaardelijke steun aan Oekraïne uitgesproken. Ook veroordeelt het Europarlement het bezoek van de Hongaarse premier Viktor Orbán aan Rusland.
De steunverklaring voor Oekraïne en tegen Orbán kreeg de steun van 459 van de 720 Europarlementariërs. 137 parlementariërs stemden tegen en 47 onthielden zich van stemming, waaronder de PVV.
De EVP, de grootste politieke familie van het Europees Parlement, had het initiatief genomen tot de steunverklaring aan Oekraïne en de daarin opgenomen veroordeling van Orbán.
Het wordt Orbán, als premier van het land dat de komende zes maanden voorzitter van de Europese Unie is, zwaar aangerekend dat hij zonder overleg een ‘vredesmissie’ is gestart om een einde te maken aan de oorlog tussen Oekraïne en Rusland. Het parlement noemt het bezoek van de premier een “flagrante schending” van de EU-verdragen en het buitenlands beleid van de EU.
Hongarije is op dit moment tijdelijk EU-voorzitter. Voor de Europese Commissie was de soloactie reden om de vergaderingen die Hongarije in Boedapest organiseert de komende tijd te boycotten. Charles Michel, de voorzitter van de Europese Raad, heeft zich fel uitgesproken tegen de actie van Orbán.
Met de steunverklaring aan Oekraïne herbevestigt het parlement zijn steun voor de onafhankelijkheid, soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne binnen zijn internationaal erkende grenzen. Het gaat om politieke, financiële, economische, humanitaire, militaire en diplomatieke steun, zolang Oekraïne dat nodig heeft om Rusland te verslaan.
“De oorlog van Rusland tegen Oekraïne maakt deel uit van een bredere aanval op de democratische wereld en onze waarden. We moeten onze militaire steun aan Oekraïne opvoeren zolang dat nodig is”, zei Andrzej Halicki, parlementslid en vicevoorzitter van de EVP-fractie.
De PVV benadrukte in haar stemverklaring dat ze Oekraïne steunt tegen de Russische agressie. Maar de steunverklaring van het Europees Parlement bevatte naast een aantal goede punten ook veel onderdelen die in de ogen van de PVV te ver gaan. Het gaat dan vooral om de militaire steun. Defensie en buitenlands beleid blijven een nationale bevoegdheid, vindt de PVV.
