De Amerikaanse geheime dienst heeft oud-president Donald Trump “aangemoedigd” in de buitenlucht geen grote campagne-evenementen meer te organiseren. Nu zoekt zijn campagneteam naar grote overdekte locaties.
In de nasleep van de aanslag op Trump op 13 juli hebben agenten van de Secret Service hun zorgen over buitenbijeenkomsten gedeeld met de campagnetop, melden Washington Post en Axios.
Voor aankomende bijeenkomsten zoekt het team van Trump nu naar overdekte locaties, zoals basketbalstadions en andere hallen waar duizenden mensen in passen. Er zouden voorlopig geen grote buitenevenementen worden gepland.
Volgens Axion betekent dit niet dat er helemaal geen buitenevenementen meer worden georganiseerd. Wel zou het campagneteam van Trump de voorkeur geven aan evenementen die binnen plaatsvinden.
Het campagneteam van Trump wil inhoudelijk niet reageren op vragen van de Washington Post en Axios. Ook de Secret Service wilde geen commentaar geven.
Donald Trump werd 13 juli beschoten tijdens een verkiezingsbijeenkomst in de stad Butler in de Amerikaanse staat Pennsylvania. Aanslagpleger Thomas Crooks vuurde zijn geweer af vanaf het dak van een schuur buiten het evenemententerrein. De oud-president werd geraakt in zijn rechteroor. Een vijftigjarige man kwam om het leven bij de aanslag.
Directeur Kimberly Cheatle van de Amerikaanse Secret Service stapte maandag op na de mislukte moordaanslag op de Amerikaanse oud-president. Zij was als directeur van de Secret Service verantwoordelijk voor de bewaking bij de verkiezingsbijeenkomst waar Trump werd beschoten.
Maandag noemde Cheatle de mislukte moordaanslag op Trump de “grootste blunder in decennia“. Ze zei tijdens een hoorzitting in het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden dat ze Trump excuses heeft aangeboden voor het feit dat haar dienst had gefaald hem te beschermen.
De directeur van de Secret Service lag zwaar onder vuur omdat de beveiliging tekortschoot. Na de moordaanslag kwamen er veel vragen over het handelen van de geheime dienst, zoals waarom de schutter niet eerder was opgemerkt en uitgeschakeld. Verschillende Amerikaanse media berichtten na de aanslag dat omstanders en zelfs plaatselijke politieagenten de dader al hadden gezien.
