Het dodental na de doortocht van storm Boris in het midden en oosten van Europa is opgelopen tot 21. Autoriteiten telden dinsdag twee nieuwe slachtoffers in Polen en een in Oostenrijk.
Sinds vorige week hebben harde wind en ongewoon zware regenval grote delen van Oostenrijk, Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenië en Slowakije getroffen. Hoewel het weer op verschillende plaatsen lijkt te stabiliseren, blijft de grond verzadigd en treden rivieren buiten hun oevers. Autoriteiten vragen mensen voorzichtig te blijven.
Twee grote steden in Polen, Opole in het zuiden en Wroclaw in het westen, wachten nog op mogelijke overstromingen als er zoals elders dijken doorbreken.
De Poolse politie meldde dinsdag dat nog eens twee mensen zijn omgekomen als gevolg van het noodweer. Daardoor staat het dodental in het land op zes. Volgens de politie zouden de zes slachtoffers verdronken zijn. De laatste slachtoffers zijn een 82-jarige man die werd ontdekt in een auto en een man die werd gevonden bij een rivierbedding.
Dinsdag vonden de hulpdiensten in Oostenrijk het lichaam van een 81-jarige vrouw in haar ondergelopen woning. Naast de vijf doden in Oostenrijk en zes in Polen heeft storm Boris volgens de laatste tellingen ook zeven levens geëist in Roemenië en drie in Tsjechië.
In Oostenrijk zijn dinsdag nog 26 dorpen van de buitenwereld afgesloten door overstromingen. Nu het weer verbetert, “ontdekken we pas echt de omvang van de ramp”, zei de gouverneur van de deelstaat Neder-Oostenrijk tegen verslaggevers. In Tsjechië zitten nog meer dan 60.000 huishoudens zonder stroom, voornamelijk in het noordoosten van het land.
