President Chandrikapersad Santokhi brengt zijn eerste officiële bezoek als Surinaams staatshoofd aan Aruba en Curaçao. De regeringsleider vertrekt op maandag 21 oktober aan het hoofd van een presidentiële regeringsdelegatie, waarbij ook first lady Mellisa Santokhi-Seenacherry en minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) deel uitmaken. Het bezoek is een belangrijk moment om de banden tussen Suriname en de eilanden te versterken en verschillende vormen van samenwerking te bevorderen.
Minister Ramdin geeft aan dat het bezoek al geruime tijd in voorbereiding is en van groot belang is voor Suriname. “We hebben de afgelopen jaren hard gewerkt aan het versterken van onze relaties. Aruba en Curaçao zijn landen waarmee we historische en culturele banden hebben die teruggaan tot voor 1975. Het is essentieel dat we deze herbevestigen.” De focus ligt volgens de bewindsman op het verbeteren van handelsrelaties, diplomatiek overleg en gezamenlijke projecten die kunnen bijdragen aan de economische groei van zowel Suriname als de eilanden.
“We zijn vastbesloten om zowel de politieke als de handelsbetrekkingen verder te ontwikkelen. Dit omvat het stimuleren van de export van Surinaamse producten en het verkennen van investeringsmogelijkheden”, benadrukt minister Ramdin. President Santokhi bezoekt eerst Aruba, waarna hij doorreist naar Curaçao. Op de agenda staan werkafspraken met de premiers van beide eilanden, en er zullen overeenkomsten worden ondertekend om de samenwerkingen te formaliseren. De minister merkt op dat er reeds Surinaamse producten op de Antilliaanse markt zijn. “Maar we kunnen nog meer bereiken, vooral op het gebied van hout, olie en gas.”
De Surinaamse delegatie zal ook gesprekken voeren om de samenwerking op het gebied van zorg en onderwijs te bevorderen. Daarnaast komt de op handen zijnde Surinaamse olie- en gasindustrie aan de orde. “Wij zullen ook bijeenkomsten hebben met het bedrijfsleven om te kijken hoe het wil inspelen op investeringsmogelijkheden in Suriname”, aldus de BIBIS-minister. Hij herinnert eraan dat de leiding van het Surinaamse parlement eerder het parlementaire contact met Aruba, Curaçao en Sint Maarten heeft versterkt. Tijdens het presidentiële bezoek zullen er ook op dit niveau ontmoetingen plaatsvinden.
Minister Ramdin merkt verder op dat de Surinaamse regering veel waarde hecht aan de Surinaamse diaspora op Aruba en Curaçao. Deze groep speelt een belangrijke rol in de sociale en economische dynamiek tussen de landen. Het bezoek van president Santokhi vertegenwoordigt niet alleen een bevestiging van de historische banden, maar ook een stap richting een toekomst van samenwerking en economische diversificatie. De regering acht het van groot belang dat de relaties met regionale partners worden herbevestigd en verder gaan dan momenteel het geval is. Dit is vooral nodig om de eigen economie de nodige stimulans te geven door ook voor andere sectoren bronnen aan te boren, naast olie en gas.