De spanningen tussen Noord- en Zuid-Korea lopen verder en verder op. Het leger van Kim Jong-un zegt zich voor te bereiden op een oorlog en zet aan de grens met Zuid-Korea al een opmerkelijk nieuw ’wapen’ in tegen burgers van de buren. We worden er gek van. We kunnen ’snachts niet meer slapen.” De 37-jarige Zuid-Koreaanse An Mi-hee getuigt in The New York Times gefrustreerd over wat zich al sinds juli afspeelt in Dangsan, het aan Noord-Korea grenzende dorp waar zij woont. „Dit zijn bombardementen zonder granaten.” Het leger van Kim Jong-un heeft langs de grens op enkele plaatsen erg grote luidsprekers geplaatst die gebruikt worden om de bevolking van het buurland de stuipen op het lijf te jagen. De 354 bewoners – vooral zestigers – worden er al maandenlang 10 tot 24uur per dag bestookt met „luide, krakende geluiden die klinken als een onheilspellende, reusachtige gong die keer op keer geslagen wordt”, klinkt het in de Amerikaanse krant. Al is het niet altijd hetzelfde lawaai. De bewoners horen soms ook wolven luid huilen, metaal tegen elkaar knarsen, een woedende aap op een piano slaan of schreeuwen die wel uit een horrorfilm lijken te komen. Het is de voorbije decennia al vaker voorgevallen dat Noord-Korea lawaai als wapen inzette tegen het buurland, al ging het toen om erg luid afgespeelde propagandaboodschappen, muziek en beledigingen. Psychologische oorlogsvoering, die frequenter gebruikt werd wanneer de spanningen hoog opliepen dan op rustige momenten in de verstandhouding op het schiereiland. Dat nu ook nog eens voor irritante geluiden gekozen wordt, toont nog maar eens hoe de relatie tussen beide landen naar een absoluut dieptepunt lijkt te evolueren.