Een kuststrook in het zuiden van Rusland is zwaar vervuild doordat twee olietankers afgelopen weekend beschadigd raakten op de Zwarte Zee, melden de Russische autoriteiten. Vierduizend vrijwilligers helpen om olieresten te verwijderen en vogels uit de olie te bevrijden.
De Russische autoriteiten hebben vanwege de olievervuiling de noodtoestand uitgeroepen in onder meer Anapa, een populair toeristenoord aan de Zwarte Zee, schrijft persbureau Reuters. Het gaat om een strook van 50 kilometer waar olie is aangespoeld van de twee tankers die door storm in de problemen kwamen voor de kust.
Op beelden die circuleren op sociale media is te zien dat er grote plakken olie op het strand liggen. Ook zijn er vogels te zien die helemaal onder de olie zitten en daardoor niet meer kunnen vliegen.
Bij de schoonmaakoperatie zijn ongeveer vierduizend vrijwilligers betrokken. Volgens Maria Zakharova, een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken, is die hulp onmisbaar. “De stadsdiensten werken hieraan. Het ministerie van Noodsituaties werkt hieraan. Maar we kunnen het niet zonder de hulp van vrijwilligers.”
Hoeveel olie precies uit de tankers is gelekt, is niet duidelijk. Op beelden van afgelopen weekend leek een van de twee schepen bijna helemaal onder water te verdwijnen. De schepen hadden volgens het Russische persbureau TASS elk 9.200 ton olie aan boord. Een derde schip kwam ook in nood, maar dat zou geen olie hebben verloren.
Het gaat om vijftig jaar oude schepen. Op het moment van de storm bevonden ze zich in de Straat van Kertsj, tussen het Russische vasteland en de door Rusland geannexeerde Krim. Dat water vormt de verbinding tussen de Zwarte Zee en de Zee van Azov.
