Het Directoraat Beroepsonderwijs organiseerde op donderdag 27 maart 2025 een
informatiesessie voor schoolleiders binnen het lager beroepsonderwijs. Tijdens deze bijeenkomst
kregen de aanwezigen een uitgebreide update over de lopende vernieuwingen in het
beroepsonderwijs. Belangrijke onderwerpen waren de uitvoering van vernieuwingsprojecten en
toekomstige ontwikkelingen binnen deze onderwijssector.
De infosessie volgde op een training schoolmanagement die dezelfde groep directeuren een dag
eerder had gevolgd. De focus lag daarbij op versterking van leiderschapsvaardigheden in het
kader van de hervormingen. Ook werden de huidige schoolresultaten, evenals de nieuwe
overgangs- en slagingsnormen, onder de loep genomen.
Een opvallende verandering binnen het beroepsonderwijs is dat leerlingen uit leerjaar 12 vanaf
dit schooljaar kunnen deelnemen aan het toelatingsexamen voor VWO en HAVO. Dit biedt hen
extra mogelijkheden voor doorstroom binnen het onderwijssysteem en werd uitvoerig besproken
tijdens de sessie.
Directeur Beroepsonderwijs, Robby Holband, bracht goed nieuws over de samenwerking met het
bedrijfsleven en internationale organisaties. Bedrijven hebben aangegeven te willen bijdragen
aan de modernisering van schoolgebouwen. Daarnaast wil de Inter-American Development Bank
(IDB) ondersteuning bieden bij het ontwikkelen van een nieuw curriculum. In samenwerking
met het ministerie worden gesprekken gevoerd om tien nieuwe curricula te ontwerpen en tien
scholen te voorzien van moderne faciliteiten en apparatuur.
Holband benadrukte dat de vernieuwingen niet van de ene op de andere dag gerealiseerd kunnen
worden, maar dat er zeker vooruitgang wordt geboekt. Niet alles kunnen we in één keer
oplossen, maar de vernieuwing komt er zeker, aldus de directeur.
Voorafgaand aan de presentaties sprak minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en
Cultuur de schoolleiders toe. Hij onderstreepte de cruciale rol van het beroepsonderwijs in de
economische toekomst van Suriname, vooral met de komst van de olie- en gasindustrie. Onze
leerlingen moeten bewuster kiezen voor het beroepsonderwijs, want hun vaardigheden zullen
straks onmisbaar zijn, zei de minister.
Naast verbeteringen in infrastructuur en curriculum, moet ook de balans tussen theorie en
praktijk opnieuw bekeken worden. Momenteel bestaat het onderwijs voor 75% uit theorie en
slechts 25% uit praktijk, wat volgens de minister te weinig is. Hij luisterde bovendien naar de
zorgen van de schoolleiders en beloofde waar mogelijk oplossingen te zoeken.
Met deze ontwikkelingen is het duidelijk: het beroepsonderwijs in Suriname staat aan de
vooravond van een nieuwe fase, waarin kwaliteit, praktijkgericht leren en samenwerking met het
bedrijfsleven centraal staan.
