In Servië zijn er vandaag parlementsverkiezingen in het land. Het is voor de derde keer in vier jaar tijd dat de Serviërs een nieuw parlement mogen kiezen.
In de laatste peilingen staat de populistische partij van president Aleksandar Vucic er goed voor, maar de populariteit van de door hem opgerichte SNS-partij wankelt steeds meer.
Na twee dodelijke schietpartijen bij scholen in mei, waar zeventien mensen omkwamen, kende Servië een zomer met veel protesten. Tienduizenden mensen eisten het vertrek van Vucic en zijn regering. De demonstranten, gesteund door de oppositie, hielden hem verantwoordelijk voor het geweld.Vervolgens schreef Vucic in oktober nieuwe verkiezingen uit, drie jaar eerder dan gepland.
Vucic onderhoudt goede banden met de Russische president Poetin. Samen met buurland Bosnië en Herzegovina is het het enige land dat niet meedoet met de Europese sancties tegen Rusland..
Daarnaast liepen het afgelopen jaar de spanningen tussen Servië en buurland Kosovo steeds verder op. Al decennia liggen ze met elkaar overhoop, maar door recente geweldsuitbarstingen groeit de angst voor een groot gewapend conflict.
Kosovo is een voormalige provincie van Servië, die zich in 2008 onafhankelijk verklaarde. Het wordt door meer dan honderd landen (waaronder Nederland) erkend als een soevereine staat, maar niet door Belgrado. Dat ziet de regio nog steeds als een Servische provincie. Ook onder meer Rusland, China en vijf EU-landen erkennen Kosovo niet.
Ondanks zijn goede relatie met Poetin is Vucic niet anti-Europees te noemen. Servië wil lid worden van de EU, maar een van de belangrijkste eisen voor toetreding is dat het de banden met Kosovo normaliseert. Ook wil Brussel onder meer dat Belgrado de corruptie en georganiseerde misdaad in het land aanpakt en dat het zijn buitenlandbeleid afstemt op dat van de EU.