Op 10 januari 2023 doet het gerechtshof in Amsterdam een uitspraak in de zaak over de in beslag genomen 19,5 miljoen euro van enkele Surinaamse handelsbanken. De Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD) van Nederland, had in april 2018, het geld dat de Centrale Bank van Suriname ter facilitering van de handelsbanken via Schiphol naar Hong Kong exporteerde in beslag genomen op verdenking van witwassen. Dat bedrag zou worden omgezet in giraal geld en vervolgens weer aan de liquide middelen van de handelsbanken worden toegevoegd.
De rechtbank in Noord-Holland verklaarde de inbeslagname in december 2019 onrechtmatig. Volgens de rechtbank is de Centrale Bank van Suriname een staatsorgaan dat volgens het internationale recht immuniteit geniet en had het geld niet inbeslag genomen mogen worden. Het Openbaar Ministerie ging echter in hoger beroep tegen het vonnis. De inbeslagname werd in hoger beroep rechtmatig bevonden. Advocaat Aroon Gonesh en zijn collega’s die de Centrale Bank van Suriname en de handelsbanken vertegenwoordigen, hebben opnieuw aangegeven dat de inbeslagname onrechtmatig is.
Deze zaak werd op dinsdag 6 december jl. opnieuw behandeld, nadat het Hof van Cassatie deze had terugverwezen naar een lagere rechtbank. De Centrale Bank van Suriname, Hakrinbank, Finabank en De Surinaamsche Bank hadden deze zaak aangespannen tegen de Nederlandse justitie.