Nergens zijn zoveel binnenlandse vluchtelingen als in Soedan. Zo’n 9,1 miljoen mensen zijn ontheemd geraakt door een burgeroorlog tussen twee militaire groepen. De stad Al Fashir wordt momenteel omsingeld en ruim 1 miljoen mensen kunnen geen kant op.
Vijf jaar geleden werd de autocratische leider Omar Al Bashir afgezet door het Sudanese leger (SAF) en de paramilitaire groep Rapid Support Forces (RSF). Beide partijen werden het na de staatsgreep niet eens over de verdeling van de macht van het leger.
Ruim een jaar geleden braken er gevechten uit tussen de twee groepen. Beide partijen worden gesteund en bestreden door andere milities. Er ontstond een burgeroorlog die het land verscheurde. Volgens de VN-hulporganisatie UNHCR zijn er tienduizenden doden gevallen.
Dorpen worden in brand gestoken, er wordt geplunderd en er is sprake van seksueel geweld. Human Rights Watch (HRW) zegt dat rebellen van RSF zich schuldig maken aan etnische zuiveringen. Ook zou er mogelijk sprake zijn van genocide, volgens HRW.
Meer dan 9 miljoen mensen raakten ontheemd door de burgeroorlog. Hoe schrijnend de situatie is, zag directeur Tineke Ceelen van Stichting Vluchteling net over de grens in Tsjaad.
“In een immens ontvangstkamp in Adre, net over de grens met Soedan zitten meer dan 160.000 mensen. 88 procent van de vluchtelingen is vrouwen en kinderen. Mannen zijn verdwenen, vermoord of achtergebleven in Soedan”, vertelt Ceelen aan NU.nl.
Vluchtelingen leven in erbarmelijke omstandigheden, vertelt ze. “Een groot deel van hen zit in zelfgemaakte onderkomens van takken. Met enig geluk hebben ze ook een tentzeil gekregen van de Verenigde Naties.” Maar ook daar is een enorm tekort aan.
“Er is een tekort aan toiletten, drinkwater, spullen als emmers en jerrycans. Mensen zijn compleet wanhopig”, vertelt ze. “Er is veel en veel te weinig geld. Er is maar 14 procent van het geld bij elkaar gebracht wat nodig is voor de meest basale hulpverlening.”
