Colombia accepteert weer deportatievluchten uit de Verenigde Staten. Daarmee is de impasse tussen de twee landen doorbroken. Presidenten Donald Trump van de VS en Gustavo Petro van Colombia dreigden allebei met hoge importheffingen omdat Petro kritiek had op de deportaties.De Colombiaanse minister van Buitenlandse Zaken heeft de afspraken volgens persbureau Reuters bevestigd.
Petro weigerde zondag migranten in militaire toestellen te laten landen, waarna Trump dreigde met importheffingen van 50 procent op alle producten uit Colombia. Petro dreigde daarop met even hoge importheffingen op Amerikaanse goederen.”De gebeurtenissen van vandaag laten de wereld zien dat Amerika weer gerespecteerd wordt”, staat in een persbericht van het Witte Huis. Trump “verwacht van alle andere landen ter wereld dat ze volledig meewerken met de deportatie van hun staatsburgers die illegaal in de Verenigde Staten verblijven”.
Petro had enkele uren eerder geëist dat de Colombianen met “waardigheid en respect” en in een burgervliegtuig in plaats van met een militair toestel worden teruggestuurd. “Je zult nooit over ons heersen”, richtte hij zich tot Trump. “Ik doe geen zaken met witte slavendrijvers.”In een uitgebreid bericht op Truth Social schreef Trump dat Colombia met de weigering de nationale veiligheid van de VS in gevaar heeft gebracht. Naast de importtarieven kondigde de Amerikaanse president daarom een reisverbod en de onmiddellijke intrekking van visa voor Colombiaanse overheidsfunctionarissen aan. “Deze maatregelen zijn nog maar het begin”, schreef hij ook.
Colombia, traditioneel een van de trouwste bondgenoten van de VS in Latijns-Amerika, is goed voor een vijfde van alle koffie-import in de VS.
