De natuurherstelwet, een van de laatste grote luiken van de Europese Green Deal, is vanaf vandaag van kracht in de Europese Unie. Het doel van de natuurherstelwet is de achteruitgang van de Europese natuur af te remmen en te herstellen. De wet is niet onbesproken, vooral vanuit de landbouwsector kwam veel protest omdat gevreesd werd voor strenge regels en beperkingen voor de landbouw.
In juni werd de natuurherstelwet na een hobbelig parcours van meer dan 2 jaar goedgekeurd door de Europese lidstaten. Na een nipte goedkeuring door het Europees Parlement in februari, stemden in juni 20 landen voor de wet. België onthield zich bij de stemming. Dat kwam omdat alle regionale regeringen van België het eens moesten zijn over de herstelwet, en dat was niet het geval. Vlaanderen was tegen de natuurherstelwet.
De natuurherstelwet, officieel ‘de Verordening Natuurherstel’, was controversieel, omdat er bij de Europese boeren vrees was voor zware beperkingen.
De natuurherstelwet moet ervoor zorgen dat er in 2030 minimaal 20 procent van het Europese grondgebied, op land én op zee, hersteld is. Het gaat dan bijvoorbeeld om versnipperd natuurgebied verbinden, meer natte natuur creëren of meer dood hout laten liggen in de bossen. Dat moet kwetsbare planten en dieren, zoals bijen of weidevogels, er weer bovenop helpen.
Natuurorganisaties WWF, Greenpeace, Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt waren dan weer opgelucht over de goedkeuring. “België zal veel baat hebben bij de implementatie van deze wet, aangezien ongeveer 95 procent van onze natuurlijke habitats in een slechte toestand verkeert”, reageerden de organisaties bij de goedkeuring.
De lidstaten hebben nu twee jaar de tijd om hun nationale herstelplannen in te dienen. In die plannen moeten ze aan de Europese Commissie uitleggen hoe ze de doelstellingen uit de natuurherstelwet gaan verwezenlijken. Ook de lidstaten die tegen hebben gestemd of zich hebben onthouden, zoals België, moeten de bindende streefcijfers en verplichtingen uit de wet naleven.
De natuurherstelwet legt de lidstaten op om samen tegen 2030 ten minste 20 procent van de land- en zeegebieden in de Europese Unie te herstellen. Tegen 2050 moeten de lidstaten ten minste 90 procent van onze natuurlijke habitats die nu niet in goede toestand zijn, herstellen.